Maison Écrivez-nous !  

Société

Textes

Images

Musiques

  Pierre Bourdieu

 
   

sociologue énervant

 
   

 

Décès de Pierre Bourdieu :(
 

 
   

pointj.gif (73 octets) Les pages Bourdieu

 

pointj.gif (73 octets) textes sur et autour
   


Texte du 25/01, français et néerlandais, fichier .rtf

 


Pierre Bourdieu

 Pierre Bourdieu (1930-2002) was een mandarijn op de barricade.




Van onze redacteur, Marcel van Nieuwenborgh, De Standaard, 25/01/2002.
[Traduction française]

 


  



© rr

BRUSSEL -- Met Pierre Bourdieu, die woensdagavond op 71-jarige leeftijd aan de gevolgen van kanker in een Parijs ziekenhuis overleed, verloor Frankrijk zijn belangrijkste maatschappijkritische denker. De socioloog, die vooral in het culturele veld baanbrekend werk heeft geleverd, maakte school met zijn analyse van de culturele smaak als machtsfactor en trok de jongste paar jaren het debat aan over de mediavervlakking.  

Bourdieu was de luis in de pels van het Franse neoliberale bewind, maar hij wist ook de groenen en de communisten behoorlijk nerveus te maken. ,,Je suis Bourdieu et Bourdiable'', placht hij zelf wel eens te zeggen. Voor sommigen een beetje een god, alleszins een goeroe, voor anderen een duivelse plaaggeest die vooral ter linkerzijde pijnlijk herinnerde aan hooggestemde idealen die verkwanseld werden voor politiek pragmatisme.

Bourdieu maakte in de jaren zestig voor het eerst ophef met zijn studies over het Frans onderwijs, waarbij hij raakte aan het stelsel van de grote scholen die al een paar eeuwen in exclusiviteit de Franse elite afleverden. Bourdieu hekelde die Franse meritocratie waarin de burgerlijke klasse zichzelf helpt boven te drijven.

Hijzelf was de zoon van een kleine staatsambtenaar die erin slaagde met glans de prestigieuze École Normale door te komen en op 34-jarige leeftijd al een leerstoel te veroveren.

Toen hij vijftig was, werd Bourdieu, uitgerekend door toedoen van de liberale dwarsdenker Raymond Aron, hoogleraar aan het Collège de France. Bourdieus studie Homo academicus was dus ook een beetje de analyse van zijn eigen gang door het onderwijs.

In de traditie van de grote Parijse hooglerarenshows wist hij, net zoals Lacan of Foucault, met gemak auditoria te doen vollopen. Met zijn cursus over de mannelijke dominantie lukte het hem zelfs een volle zaal (met voornamelijk mannelijke studenten) te trekken op een moment dat de Franse ploeg triomfeerde op het WK voetbal.

Maar dezelfde Bourdieu was niet te beroerd om van zijn katheder te stappen en, net zoals Sartre, op een ton tussen de stakende Renault-arbeiders te gaan staan. In de herfst van 1995 -- hij was toen net 65 geworden en had dat lijvige werk over de sociale ellende in de wereld gepubliceerd (La misère du monde) -- stond hij in het Gare de Lyon tussen de stakende spoorarbeiders. De socioloog hield toen voor micro's en camera's een vlammend betoog tegen de steeds killer wordende arbeidsvoorwaarden waarin vandaag moet worden gewerkt en tegen de meute van morrende reizigers die hun eigen comfort prefereren boven solidariteit met het spoorpersoneel.

De vergelijking met Sartre dringt zich helemaal op als je weet dat Bourdieu tevoren ook een Flaubert publiceerde, waaraan hij vele jaren heeft besteed.

De jongste jaren had Bourdieu het gevecht aangebonden tegen de terreur van de kijkcijfers die de televisie tot een amusementsmachine hadden gemaakt en, zoals Bourdieu het zei, in feite een ouderwets paternalisme weer in het leven hadden geroepen: ,,Wij weten wat goed voor U is''.

Door de televisie te onderwerpen aan louter economische wetmatigheden heeft men steeds slechtere televisie gemaakt. Bourdieu had eerder de theorie van de champs ontwikkeld. De realiteit bestaat uit een reeks min of meer autonoom fungerende ,,velden'' (de literatuur, het onderwijs, de economie...). Wanneer het ene veld zijn wetten opdringt aan de andere, loopt het mis. Als een uitgeverij alleen maar boeken brengt die goed in de markt liggen, krijg je een verschraling van het aanbod. En die verpaupering van de inhoud is volgens Bourdieu de jongste jaren vooral merkbaar in het medium televisie.

De socioloog zette een kleine vijf jaar geleden een reeks pamfletten op van klein formaat, Liber/Raisons d'Agir, die een onverwacht boekhandelsucces werd. Oplage van de boekjes: meer dan 100.000 exemplaren elk. In de serie verscheen niet alleen zijn eigen mediakritiek maar ook een essentieel werkje van Serge Halimi over de huidige journalistiek, Les nouveaux chiens de garde. Bourdieus vernietigende kritiek op de Franse modieuze ,,denkers'' zette bijzonder veel kwaad bloed in de Parijse kringen van Bernard-Henry Lévy en andere wijsgerige weldoeners. ,,Dit soort mensen versterkt alleen maar het anti-intellectualisme bij het grote publiek en de journalistiek'', vond Bourdieu.

Over televisie was Bourdieu niet per definitie negatief, zoals Karl Popper dat bijvoorbeeld was, maar het medium had volgens hem de gevaarlijke ,,kracht van een volksstemming''. Als veel mensen naar een programma kijken, heeft dat bijna eenzelfde uitwerking als een plebisciet.

Journalistiek wordt volgens Bourdieu deze dagen steeds meer onderworpen aan een verwerpelijk soort pressie. ,,Straks hebben we nog alleen schandalen en misdaad op de voorpagina'', waarschuwde de socioloog. Zeven jaar geleden.


KIJK OP DE WEEK.
Intellectuelen na Bourdieu.

Van onze redacteur Marcel Van Nieuwenborgh, 26/01/2002.

ET Pierre Bourdieu is Europa weer een van zijn opiniemakers armer. De sociologische studies en pamfletten van deze Parijse denker behoorden nog tot de steeds dunner wordende ideële export uit Frankrijk. Een nieuwe Bourdieu werd, net zoals een nieuwe Derrida, relatief vlug in het Engels vertaald en op die manier toegankelijk voor de steeds talrijker wordende Fransonkundigen aan de universiteiten. 

Het trotse ,,On a pas de pétrole mais des idées'' waarmee Parijs in de tweede helft van de vorige eeuw nog glimlachend de wereld kon ontwapenen, is vandaag verstomd. De Franse intellectueel is niet meer wat hij vroeger was. In weerwil van de vaak groteske inspanningen van lui als Bernard-Henry Lévy om in het denkspoor van Sartre te lopen, komt het licht al lang niet meer uit de Franse hoofdstad.

Het Franse denken heeft misschien nooit veel aarde aan de dijk gebracht, maar het is altijd aantrekkelijk, sexy en aandoenlijk geweest. Heideggers Sein und Zeit is kurkdroog. Sartre daarentegen stak in zijn L' être et le néant enkele bladzijden over een zo banaal-menselijk thema als het roken van sigaretten. En we hebben ooit aan de Hebreeuwse universiteit van Jeruzalem een studente in tranen zien uitbarsten toen ze vernam dat Roland Barthes was gestorven.

De grote fout van de huidige (Franse) wijsgeren, zei Bourdieu, is dat zij te veel gerespecteerd willen worden en te weinig respectabel zijn. Het ontbreekt hen aan rechtlijnig denken en daadwerkelijk optreden. De bewering van Marx dat je als filosoof de wereld niet moest overdenken, maar hem veranderen, wordt vandaag nog zelden te berde gebracht.

Bourdieu verweet de Franse intellectuele wereld koudwatervrees, gebrek aan verantwoordelijkheidszin, krachtdadig optreden en bevrijdend denken.

Tot voor kort was het hoogtepunt van intellectueel vertoon in Frankrijk geïnviteerd te worden bij Pivot en er de show te stelen met een pittig betoog of het voorlezen van enkele overrompelende paragrafen uit je jongste publicatie. Maar Pivot heeft de winkel overgelaten aan een paar betweterige praatvaren. Zelfs deze intellectuele glamour is vervangen door de hardcore-interviews van Thierry Hardisson op zondagnacht, waar iemand die een boek over onderwijs heeft geschreven naast een acteur uit een pornofilm zit en dezelfde vragen krijgt.

En de Franse schrijvers die momenteel het meest in trek zijn, kun je bezwaarlijk lui noemen die hun denkwereld in kaart hebben gebracht. Het gaat over meisjes en jongens die de lezer een inkijk bieden in hun eigen seksuele esbattementen of die van hun groep.

Misschien had de Franse minister van Onderwijs het in 1968 toch juist voor, toen hij de diepere drijfveren van de opstandelingen van de meiberoerte omschreef als ,,Die willen toch maar één ding: met meiden in bed duikelen.''

Misschien ook heeft de Franse intellectueel nooit echt naar het resultaat van zijn ideeën uitgekeken. Voltaire protesteerde in naam van het mensdom tegen de aardbevingen in Portugal. Heeft de man ooit geloofd dat zijn afkeuring aarde aan de dijk zou brengen?

Het lijkt erop dat de Franse intellectueel per definitie frivool is. En dat de knorrige Engelse dichter Wystan Hugh Auden toch gelijk had toen hij stelde: ,,Een intellectueel? Een intellectueel dat is verdomme iemand die zijn vrouw bedriegt!''

Bovenstaand stukje mag u natuurlijk ook lezen als een staaltje van het schampere en primaire anti-intellectualisme waaraan dagbladjournalisten zich wel vaker bezondigen.
   


Pierre Bourdieu

       
 

   
maison   société   textes   images   musiques